Het deelvenster Lagen

U kunt de lagen in uw ontwerp met het deelvenster Lagen beheren.

In dit tabblad kunt u lagen toevoegen, verwijderen en hernoemen. Ook kunt u hier bepalen welke lagen zichtbaar zijn.

Een laag toevoegen #

Een laag toevoegen
  1. Ga naar het tabblad START.

  2. Klik op Lagen.


Een laag toevoegen
  1. Klik op Laag toevoegen.

Een laag weggooien #

  • Open naar het deelvenster Lagen en klik op het rode kruisje naast de laag.

U kunt de actieve laag niet verwijderen.

LET OP: Als u een laag verwijdert, verdwijnen alle elementen die erin zitten! Als u per ongeluk op Laag verwijderen heeft geklikt, gebruik dan de Terug knop, of druk op CTRL-Z.

Een laag een andere naam geven #

  • Dubbelklik in het deelvenster Lagen op de naam van de laag om deze te kunnen aanpassen.
  1. Geef een nieuwe naam in en druk op Enter.
LET OP: U moet een unieke nieuwe naam opgeven.

Een laag tonen of verbergen #

  • Klik in het deelvenster Lagen op het lampje voor de naam om deze zichtbaar of onzichtbaar te maken.
LET OP: U kunt de huidige laag niet onzichtbaar maken.

Een laag vergrendelen #

  • Klik in het deelvenster Lagen op het hangslotje voor de naam van de laag om deze te vergrendelen.
LET OP: U kunt de huidige laag niet vergrendelen.
LET OP: De huidige laag is vetgedrukt en heeft een groene achtergrond.
TIP: Door een klik kunt een laag tot de huidige laag maken.